Ziekten en duiken

Hopelijk ben je als duikkid zo gezond als een vis en blijf je dat ook. Heb je toch problemen met je gezondheid? Kijk dan eens hieronder. Wat hieronder staat is natuurlijk lang niet alles wat een rol kan spelen. Wel zijn een aantal van de meest voorkomende dingen genoemd waarmee duikkids te maken kunnen krijgen!

Als je problemen met je gezondheid hebt, geef dan niet gelijk de moed op. Zoek een keuringsarts op die duikkeuringen doet, liefst een keuringsarts die ook bekend is met duikende kinderen.

Oorproblemen

Je oren, en vooral je trommelvliezen en de verbinding met de neusholte, je buis van Eustachius, zijn belangrijk bij het duiken. Jammer genoeg komen oorproblemen vooral bij kinderen voor. Hier is dan ook een speciale pagina over oorproblemen en duiken voor gemaakt!

Luchtwegen en longen

Natuurlijk zorg je dat de luchtwegen en longen in prima conditie blijven. Roken en duiken zijn een slechte combinatie!

Bij de luchtwegen en de longen hoort alles vanaf je neusgaten (of mondopening) tot de kleine longblaasjes diep onderin je longen. Bij de neusholte horen dus ook de bijholten. Problemen zoals bijholte ontstekingen zorgen dat je in elk geval niet kunt duiken totdat dit weer goed genezen is. Kijk nog maar eens bij 'waar zit lucht'

Andere ziekten van de luchtwegen zijn met name astma. Dit is een allergische reactie - de luchtwegen vernauwen zicht en dat zorg voor benauwdheid. Ook ontstaat slijm, dat je vaak moet ophoesten. Slijmpropjes kunnen de kleine takjes van de luchtwegen afsluiten (kijk nog maar eens bij ademhaling) en zo zorgen dat bij het opstijgen in een stukje van de longen de uitzettende lucht wordt opgesloten. Dit geeft een risico op longschade door overdruk.

Of je kunt duiken of niet hangt van het soort astma af (waar reageren je longen op), van je longfunctiewaarden (je longfunctie wordt ook bij de duikkeuring gemeten) en hoe de astma met medicijnen is in te stellen. Overleg dit met een duikerarts met ervaring met duiken met kinderen.

Hart en bloedsomloop

Hartproblemen bij duikkids zijn meestal 'hartruisjes'. Een hartruisje is een aanwijzing dat de bloedstroom in het hart niet optimaal is. De arts kan dit met zijn stethoscoop horen. Kijk nog maar eens bij bloedsomloop, dan zie je ook de werking van het hart.

Een hartruisje kan komen doordat een hartklep niet helemaal goed functioneert. Een andere reden kan zijn dat er een opening in het harttussenschot, dat de rechterkant en linkerkant van elkaar scheidt, aanwezig is. Dan is dus ook de scheiding tussen het zuurstofarme bloed (rechts) en zuurstofrijke bloed (links) in het hart niet compleet meer.

Een bekende afwijking hierbij is dat een kleine opening blijft bestaan in het tussenschot tussen de boezems. Als je nog niet bent geboren hoort deze opening er te zijn en is deze opening ook belangrijk. Maar direct na de geboorte hoort deze opening helemaal te sluiten. Als deze opening blijft bestaan wordt dit met een dure term 'patent foramen ovale' genoemd. Kijk maar op het plaatje, hier zie je de opening in het tussenschot van de boezems.

Soms moet je hart verder worden onderzocht (vooral met een echo kan de werking van de hartkleppen goed worden bekeken, en ook of het tussenschot goed dicht is). Als erkleine problemen zijn dan kun je na een keuring misschien gewoon duiken. Soms moet eerst een ingreep plaats vinden om je hart weer gezond voor het duiken te maken.

Suikerziekte

Suikerziekte heet eigenlijk diabetes. Het ontstaat doordat een 'regelstofje', een hormoon, niet in je lichaam wordt aangemaakt. Bij suikerziekte is het hormoon 'insuline' niet aanwezig, of werkt onvoldoende.

Insuline regelt hoeveel suiker in je bloed wordt opgelost. Als er te weinig suiker in het bloed zit, kunnen je hersenen een tekort hieraan krijgen. Je wordt duizelig of misschien raak je zelfs bewusteloos.

Suikerziekte is tegenwoordig goed te behandelen, maar dit vraagt wel veel: je moet heel goed met je medicijnen omgaan en vaak moet je goed opletten wat je eet (dieet). Als dit niet goed gaat, krijg je teveel suiker in je bloed (dit noemen we een 'hyper') of juist te weinig (een 'hypo'). Op het plaatje zie je wat je dan merkt.
Een beetje teveel suiker in je bloed heeft weinig invloed op het duiken. Veel te veel is gevaarlijk! Helemaal gevaarlijk is een hypo krijgen onder water! Zeker omdat je dan ook bewusteloos kunt raken.

Helaas krijgen veel mensen met suikerziekte later ook problemen met andere organen (ogen, zenuwen, nieren).

Als je heel goed bent ingesteld, dus je bloedsuikerwaarden zijn heel stabiel en je hebt nooit een hypo, kun je soms wel duiken. Overleg dit met de duikerarts!

Epilepsie ofwel 'vallende ziekte'

Bij epilepsie ontstaan in je hersenen ongewenste elektrische stroompjes. Als dat gebeurt, dan raak je bewusteloos. Vaak zie je ook trekkingen in armen en benen. Door de bewusteloosheid dus gevaarlijk bij duiken!

Kleine kinderen krijgen dit soms bij snel oplopende koorts. Als dit een enkele gebeurt is toen je nog een baby was, dan is er meestal geen bezwaar om te duiken. Heb je het ook later gehad, en zeker als je er medicijnen voor moet gebruiken, dan moet je overleggen met de duikerarts.

Algemeen

Bij twijfel: laat je onderzoeken door en overleg met een duikerarts! Beter teveel vragen en zeker weten als een risico nemen als je gaat duiken.

Voor sommige ziekten krijg je medicijnen. Ook dit kan van invloed zijn op duiken!